In mijn boekje jij en stress… een hersenles wordt verteld over de drie breinen in je hoofd: de cortex (het uilenbrein), het limbisch systeem (het dolfijnenbrein) en het reptielenbrein (het krokodillenbrein). De drie hersendelen zijn respectievelijk verantwoordelijk voor het denken (de uil), het voelen (de dolfijn) en het automatisch doen (de krokodil).
Nu is het lastigste stukje in het boek de uitleg over de werking van het limbisch systeem, je dolfijnenbrein. Want die dolfijn zit als een rookmelder te voelen (of wel als een ballonnetje.. hoe gespannen is het hier voor mij)… Voelt het wel veilig hier, is het wel ok? Ben ik wel gewenst? Word ik gehoord? Word ik gezien? Krijg ik mijn ruimte? Mag ik ruimte nemen? Heb ik controle? Hoe voelt het bij mij van binnen? Ben ik gejaagd? Zit alles tegen? En als het allemaal te gespannen wordt, dan schakelt de dolfijn de krokodil in. Het denken wordt uitgeschakeld en je gaat over in een (impulsief, instinctief) handelend wezen: vechten, vluchten of bevriezen. Allemaal stressreacties. Universeel en overal herkenbaar.
Maar wat er in ieders dolfijn gebeurt, tja.. dat is heel persoonlijk en afhankelijk van mens tot mens. En juist waar mensen elkaar tegenkomen en geconfronteerd worden met elkaars gevoeligheden, kwetsbaarheden wordt het ingewikkeld. Dat is een belangrijk doel in mijn therapie: het leren praten over wat er in jouw ballontje gebeurde, maar wat zou er in die ander zijn of haar ballonnetje gebeurd zijn? Hoe kunnen we intermenselijke dynamieken die daardoor ontstaan begrijpen?
Van de week sprak ik met een meisje (7 jaar) dat aan het leren is voor zichzelf op te omen en wat meer te durven op het schoolplein. Ze is aan het proberen om meerdere vriendinnetjes te maken. Een van de nieuwe vriendinnen is een meisje uit Syrie. Zij heeft de oorlog daar meegemaakt en heeft daar onder andere ook haar broertje moeten verliezen. Als volwassnenen begrijpen wij allemaal dat het dolfijnenbrein van dit nieuwe vriendinnetje vol zit. Dit meisje vecht nu voor het contact en haar nieuwe leventje op de nieuwe school in Nederland. Het meisje dat ik behandel echter, voelt zich regelmatig overrompeld door haar verhalen, en haar manier om te trekken aan haar om maar haar vriendin te worden. Dat ervaart mijn clientje zo sterk dat ze keihard in huilen uitbarstte afgelopen donderdag aan tafel bij mij: “Ik vind het ook wel zielig voor haar dat ze dat allemaal heeft meegemaakt, maar ze moet niet denken dat ik het fijn vindt dat ze zo lelijk doet tegen al mijn vriendinnen en aan mij steeds trekt”, zo snikte ze. “En dan probeer ik haar dat uit leggen, maar dan luistert ze niet en ze gaat steeds maar door, en ik wil ook geen ruzie met haar maken”. Even leek ze ontroostbaar, wat een evrdriet en wat een moeilijke keuze.
Het was een enorme troost voor haar te begrijpen dat haar nieuwe vriendinnetje regelmatig een krokodil werd, door alles wat ze heeft meegemaakt. Maar ja… wat doe je met een vechtende krokodil??? Aaien? Er naartoe gaan? NEE… natuurlijk niet! En zo leerde dit kwetsbare meisje het gevecht van haar nieuwe vriendinnetje te zien als een resultaat van dat meisje haar eigen verleden en de fysiologische reactie daarop: vechten. Ze leerde ook dat dat niets met haar te maken heeft en dat ze daar ook niets aan kan doen. Even met rust laten en dan daarna, als ze wat rustiger is gewoon weer verder spelen. Voor iedereen rustiger en (dol)fijner.